Door Armand De Decker aan te stellen tot lijsttrekker van het kartel MR-FDF werd het nekschot voor de onderhandelingen toebediend.
Meer ten gronde ligt voor de hand dat je niet, jaar op jaar, de verzuchtingen van de meerderheid van het land naast u kan leggen en beweren dat je geen vragende partij bent voor wat dan ook, wat de stelling was van de franstalige partijen.
Anderzijds dient ook vastgesteld dat de werkzaamheden van de informele groep 'Wallonie - Bruxelles' op een sisser zijn uitgelopen, en dat deaanwezige vertegenwoordigers van de civiele maatschappij niet te spreken waren over de gang van zaken, en nog minder over de poltieke conclusies die uit de werkzaamheden getrokken werden, en waarbij ze overigens niet meer werden betrokken.
In Brussel zelf meent een eminent lid van de regering het belangrijker aanwezig te zijn -als toehoorder- op een vergadering van de Communauté française dan te antwoorden op parlementaire vragen van Brusselse verkozenen.
Dit alles getuigt van een bijzonder gebrek aan respect voor de Brusselse realiteit en voor haar instellingen. De traditionele partijen zorgen wel voor de nodige lippendienst (herfinanciering van het Brussels Gewest, opkrikken van het onderwijs, aanpakken van de werkloosheid), maar in de feiten hoor we ze niet piepen, noch wanneer Kris Peeters; noch wanneer Philippe Busquin en Antoinette Spaak hun eigen 'Staten Generaal' bijeen roepen.
Het enige alternatief voor een volwaardig Brussels Gewest met toekomstperspectief loopt dan ook via de nieuwe gewestpartij Pro Bruxsel.